This summary
+380.000 other summaries
A unique study tool
A rehearsal system for this summary
Studycoaching with videos
Remember faster, study better. Scientifically proven.

PREMIUM summaries are quality controlled, selected summaries prepared for you to help you achieve your study goals faster!

Summary - Kynologische Kennis 1
-
1 Erfelijkheidsleer of genetica
-
Semi-permeabelde wand (of celmembraan) is selectief doorlaatbaar voor bepaalde stoffen.,
-
Cytoplasma
een waterige massa dat zich binnen het celmembraan bevindt, hierin bevinden zich verschillende cellichamen en celorganen.
We bedoelen alles wat in de cel zit behalve de kern.
Hierin vindt de stofwisseling plaats waarbij brandstof en zuurstof worden omgezet naar energie en warmte maar waarbij ook afvalstoffen worden geproduceerd.
-
Nucleoplasma
waterige massa in de celkern. Hierin drijven kleine draadachtige structuren, de chromosomen. -
Chromosomen
Dit zijn dragers van de erfelijke eigenschappen of het is de som van de genen. -
Lichaampje van Barr
Wordt ook wel sexchromatine genoemd en alleen de vrouwelijke individuen hebben dit. bevindt zich in de kern. -
Mitochondriën
zijn verantwoordelijk voor de energievoorziening van de cel (deze celorganen hebben enzymen die waterstof aan zuurstof koppelen, waardoor water ontstaat; het zijn krachtcellen met DNA.) -
Ribosomen
Deze zijn belangrijk voor de opbouw van eiwitten -
Centrosoma
Bestaat uit 2 centriolen die een belangrijke rol spelen bij de celdeling -
Protoplasma
Dit is de volledige inhoud van de cel, dus inclusief de kern. -
zygotezgn. basiscel die ontstaat bij bevruchting.
-
gen
het is de drager van één erfelijke eigenschap. -
locus
het plekje op het chromosoom waar we het gen kunnen vinden. -
chromosomen
Een hond heeft 78 chromosomen (de mens 46). Die chromosomen zijn altijd in paren te vinden, dit noemen we 2N chromosomen. Een hond heeft dus 39 paar chromosomen, waarvan één paar de geslachtschromosomen zijn. -
verschillende soorten celdelingen:
- amitose of directe celdeling. Bij eencellige organismen
- mitose of indirecte celdeling. Bij meercellige organismen. Voor groei en herstel. De chromosomen gaan zich spiraliseren, het kernmembraan verdwijnt en de chromosomen komen los in het cytoplasma te liggen. Ze gaan zich verzamelen rond het equatorvlak. De trekdraden zorgen voor een deling van de chromosomen. Het equatorvlak snoert zich in en er vromt een tussenwand.
- meiose of reductiedeling. Deze deling is specifiek voor het aanmaken van geslachtscellen. Geslachtscellen krijgen slechts de helft van de chromosomen. Na de meiose volgt een mitose. Deze opeenvolging wordt tetradedeling genoemd.
-
De bevruchting
De bevruchte eicel noemen we een zygote. De heeft 2N chromosomen wat we in de genetica diploïd noemen. Een gameet (eicel of zaadcel) heeft maar N chromosomen. Dat noemen we haploïd. -
Geslachtsbepaling
Een reu heeft een chromosomen paar dat bestaat uit een X en Y chromosoom. Een teef heeft een paar dat bestaat uit 2 X chromosomen. Het is dus de reu die het geslacht bepaalt. Een reu is dus fokonzuiver voor het bepalen van het geslacht - heterozygoot of heterogametisch. Een teef is juist fokzuiver voor het bepalen van het geslacht - homozygoot of homogametrisch. -
genotype
de som van de erfelijke aanleg. Het is de basis van hoe het individu er uit komt te zien. -
Fenotype
de uiterlijke verschijningsvorm. deze wordt bepaald door het genotype en het milieu. (genotype+milieu=fenotype) -
Er zijn verschillende soorten mutaties
* genmutatie (verandering in gen)
* chromosoommutatie (verandering in chromosoom)
* genoommutatie (er zijn meer of minder chromosomen dan normaal)
* somatische mutatie (niet erfelijk, het is een afwijking in bepaalde lichaamscellen)
-
alleel
het gen met zijn tegenhanger. Multiple allelen zijn meerdere genen die aanspraak kunnen maken op de zelfde plek op het chromosoon. Deze multiple allelen hebben een dominant - recessieve verhouding met elkaar. -
homozygoot en heterozygoot
homozygoot is tweemaal hetzelfde gen.
heterozygoot is twee verschillende genen (een dominant en een recessief)
-
Erfelijkheid
Erfelijkheid bepaalt de aanleg van het individu. Omgevingsfactoren bepalen hoe veel van die aanleg tot uiting komt. -
telegonie
een reu kan door dekking ook invloed uitoefenen op latere nesten van dezelfde teef -
vèr-zien
het al dan niet gewenste eigenschappen op nakomelingen overdragen door ze vlak voor of tijdens de dekking te laten zien. -
onvolkomen dominantie
als een gen niet 100% dominant is over zijn alleel. Beide eigenschappen kunnen dan teruggevonden worden in de nakomeling. -
intermediaire overerving
vergelijkbare vorm van onvolkomen dominantie -
autosomaal
elk chromosoom anders dan de geslachtschromosomen. -
enkelvoudig/meervoudig verervend
enkelvoudig verervend is als de eigenschap door één gen of één locus bepaald wordt. Maar meestal wordt een eigenschap door meerdere genen bepaald, dat noemen we meervoudig verervend. -
5 regels en 3 wetten van Mendel
1. Uniformiteit- of gelijkvormigheidregel (=1e wet van Mendel)
2. Reciprociteit- of omkeerregel
3. Dominantieregel
4. Splitsingsregel (=2e wet van Mendel)
5. Onafhankelijkheidsregel (=3e wet van Mendel)
-
monohybride
als de ouderdieren in één eigenschap van elkaar verschillen -
dihybride
als de ouderdieren twee eigenschappen van elkaar verschillen -
Polyhybride
Als meerdere eigenschappen van de ouderdieren van elkaar verschillen
Latest added flashcards
Whippet
Rasgroep 10 -Windhonden
Zichtjager op klein haarwild, renhond, stropershond
Sloughi
Rasgroep 10 - Windhonden
Zichtjager op gazellen en haas
Italiaanse Windhond
Rasgroep 10 - Windhonden
Zichtjager op klein haarwild in combinatie met valk
Greyhound
Rasgroep 10 - Windhonden
Zichtjager op groot en klein haarwild
Greyhound
Rasgroep 10 - Windhonden
Zichtjager op groot en klein haarwild
Galgo Español
Rasgroep 10 - Windhonden
Jacht op klein wild en gezinshond
Azawakh
Rasgroep 10 - Windhonden
Allround zichtjager v.d. nomaden
Ierse Wolfshond
Rasgroep 10 - Windhonden
Zichtjager op groot wild
Deerhound
Rasgroep 10 - Windhonden
Zichtjager op herten en wolven
Saluki
Rasgroep 10 - Windhonden
Zichtjager op gazellen