Samenvatting - Tirocinium Latinum

• 1 Exercitium 1

• amare

  beminnen
• consul

  consul
• cur?

  waarom?
• debere

  1: moeten
  2: verschuldigd zijn
• dolor

  1: verdriet
  2: pijn
• domus

  huis
• et

  1: en
  2: ook
• expugnare

  veroveren
• femina

  vrouw
• filia

  dochter
• filius

  zoon
• frater

  broer
• habere

  1: hebben
  2: houden
• non iam

  niet meer
• iuvare

  helpen
• mater

  moeder
• medicus

  dokter
• mercator

  koopman
• nescire

  1: niet weten
  2: niet kennen
• non

  niet
• nuntiare

  berichten
• pater

  vader
• pecunia

  geld
• regina

  koningin
• salutare

  begroeten
• sed

  maar
• sentire

  1: voelen
  2: merken
• servus

  slaaf
• sol

  zon
• soror

  zuster
• terra

  1: aarde
  2: land
• via

  straat
• victoria

  overwinning
• videre

  zien
• dare

  geven
• ire

  gaan
• iterum

  wederom
• quid?

  1: wat?
  2: waarom?
• respondere

  antwoorden
• rogare

  vragen
• schola

  school
• tamen

  toch
• ubi?

  waar?
• venire

  komen
• vocare

  1: roepen
  2: noemen
• venter

  buik
• Wat zijn de twee functies van de accusativus?

  1: object
  2: richtingsbepaling (naar)
• Waar komt de vocativus voor?

  Alleen bij woorden op -us, uit de tweede declinatie (Marcus, Marce, medicus, medice, etc.)